home veelgestelde vragen

Veelgestelde vragen

  • Hoe werkt de PAWW (reparatie derde WW jaar)?

    PAWW, reparatie van het 3e WW-jaar

    Cao-partijen, betrokken bij de CAO voor de Gemaksvoedingindustrie, hebben ten behoeve van de reparatie van het 3e WW-jaar gekozen voor deelname aan de PAWW (private aanvulling WW). Het gaat hierbij om de private uitkering na afloop van de wettelijke WW- of loongerelateerde WGA-uitkering.

    Hiervoor is een CAO PAWW afgesloten, die intussen Algemeen Verbindend is verklaard.
    Aanleiding hiervoor was dat de overheid in 2016 aanpassingen heeft doorgevoerd in de hoogte en duur van deze uitkeringen.

    Wat wordt er gerepareerd?
    De WW- en de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (WGA) zijn nu anders opgebouwd dan vroeger. Het recht op deze uitkeringen wordt anders berekend. De periode dat de werknemer recht heeft op deze uitkeringen is korter geworden. Werkt een werknemer langer dan 10 jaar, dan bouwt hij/zij in plaats van een maand nog maar een halve maand op per gewerkt jaar. De maximale duur van de uitkeringen is 24 maanden geworden. Voorheen was dit 38 maanden. De PAWW repareert en verlengt die periode door een aanvullende verzekering voor werknemers.

    Wie betaalt de reparatie?
    Cao-partijen zijn overeengekomen dat werknemers de PAWW-bijdrage betalen. Deze bijdrage is verschuldigd vanaf 1 juli 2018. De werkgever is verantwoordelijk voor het afdragen van de bijdrage aan Stichting PAWW. De Stichting beheert de kas en verzorgt de uitkeringen.

    Meer informatie
    Op de website van de Stichting PAWW: www.spaww.nl vindt u alle informatie. Van de Stichting PAWW ontvangt u de benodigde informatie.

    Informatie voor werknemers
    In deze flyer staat meer informatie voor werknemers.

  • Wat is in de cao geregeld over het geboorteverlof (partnerverlof)?

    Door de ingang van de Wet invoering extra geboorteverlog (WIEG) per 2019 krijgt een werknemer bij de bevalling van de partner geboorteverlof (partnerverlof) voor de duur van éénmaal het aantal werkuren per week.

    In de cao voor de Gemaksvoedingsindustrie is een afwijkende afspraak gemaakt dat dit pas ingaat per 1 juli 2019. Dus:

    - Voor 1 juli 2019 heeft een werknemer recht op 2 dagen partnerverlof.
    - Vanaf 1 juli 2019 heeft een werknemer recht op partnerverlof voor de duur van éénmaal het aantal werkuren per week.

  • Wanneer zijn de toeslagen voor ultraversbedrijven in de klokurenmatrix (bijlage c) van toepassing?

    Werkt de werknemer in een ultraversbedrijf? En maakt dit bedrijf op zondag alleen producten met een THT-periode van 8 dagen of korter? Dan is het percentage dat de werknemer van zijn gewerkte uren op zondag krijgt niet 200% zoals in de tabel staat, maar 150%. Bedrijven die 150% willen betalen in plaats van 200% moeten dit vooraf laten weten aan de Vaste Commissie. Ook moeten ze de Vaste Commissie laten weten waarom dit nodig is.

    De verlaagde zaterdagtoeslag van 130% geldt ook wanneer alleen op zondag alleen producten met een THT-periode van 8 dagen of korter worden geproduceerd. Indien niet op zondag wordt gewerkt, dan geldt de eis voor de verlaagde zaterdagtoeslag dat op zaterdag alleen producten met een THT-periode van 8 dagen of korter worden geproduceerd.

  • Worden bij de berekening van de jaarlijkse uitkering ook de verkochte ATV uren meegeteld?

    Conform artikel 16.5 van de cao kan een werknemer zijn ATV-uren geheel of gedeeltelijk inwisselen voor geld.
    Wanneer er ATV-uren worden verkocht, dan worden deze verkochte uren betrokken bij de berekening van de jaarlijkse uitkering (artikel 36.1).

  • Welke voorwaarden gelden voor een WGA-hiaatverzekering (artikel 51) die voor een werknemer wordt afgesloten?

    Voor werknemers wordt een WGA-hiaatverzekering afgesloten (voor het geval deze werknemers tussen 35-80% arbeidsongeschikt zijn) die inkomensverlies zoveel mogelijk beperkt. Werkgevers faciliteren de regeling. De premie hiervan komt voor 50% ten laste van werknemers en voor 50% ten laste van werkgevers, echter op voorwaarde dat de verzekering gelijkwaardig is aan de voormalig collectief afgesloten verzekering die via BEON/Risk werd aangeboden.

    Met ‘’gelijkwaardig’’ wordt een minimale dekking van 10% van het laatstgenoten salaris (het salaris voor de arbeidsongeschiktheid) van de werknemer bedoeld.

  • Wanneer is de overgangsregeling (artikel 50) op artikel 39.2 (extra vakantie-uren ouderen) van toepassing? En voor welke leeftijdscategorieën?

    Sociale partners hebben in februari 2020 een nadere uitleg gegeven aan deze artikelen. Deze staat hieronder uitgewerkt.

    Is de werknemer in het jaar 2017 45 jaar of ouder?
    Dan is de overgangsregeling van artikel 39.2 van toepassing. Een werknemer kan dan gebruik maken van de rechten uit de oude regeling van de cao 1 juli 2015 – 31 december 2016 die voor de desbetreffende leeftijdscategorie van toepassing waren. Voor de rechten van eventueel daarop volgende leeftijdscategorieën gelden dan de gewijzigde bepalingen uit de nieuwste cao.

    Is de werknemer in het jaar 2017 precies 45 jaar, 50 jaar, 55 jaar of 57 jaar en 6 maanden geworden?
    In dat geval kan de werknemer per 1 januari 2018 gebruik maken van de rechten van de bijbehorende leeftijdscategorie van de oude regeling uit de cao 2015-2016. Voor de rechten van eventueel daarop volgende leeftijdscategorieën gelden dan de gewijzigde bepalingen uit de nieuwste cao.


    Voorbeeld 1
    Een werknemer heeft in april 2017 de leeftijd van 50 jaar bereikt. Voor deze werknemer is de overgangsregeling (artikel 50) van toepassing.
    Volgens de oude cao 2015-2016 heeft de werknemer op 49-jarige leeftijd recht op 8 extra vakantie-uren.
    Omdat deze werknemer 50 jaar wordt in april 2017, krijgt de werknemer daarop volgende jaar (per 1 januari 2018) 16 extra vakantie-uren.

    Voorbeeld 2
    Een werknemer heeft in november 2017 de leeftijd van 55 jaar bereikt. Voor deze werknemer is de overgangsregeling (artikel 50) van toepassing.
    Volgens de oude cao 2015-2016 heeft de werknemer op 54-jarige leeftijd recht op 16 extra vakantie-uren.
    Omdat deze werknemer 55 jaar wordt in november 2017, krijgt de werknemer daarop volgende jaar (per 1 januari 2018) 32 extra vakantie-uren.

  • Wat is in de cao geregeld over het verkopen van ATV?

    In artikel 16.5 van de cao staat dat, in het geval ATV-uren worden ingewisseld voor geld (verkocht), de werknemer dan voor ieder verkocht ATV-uur het voor hem geldende uurloon ontvangt. Reeds ingeroosterde ATV-uren kunnen niet worden verkocht.

  • Uitzendkrachten krijgen geen ATV. Wat voor gevolgen heeft dit voor hun (uur)loon?

    In artikel 2.6 van de cao staat dat uitzendkrachten geen ATV hebben, zij krijgen dit in loon gecompenseerd. Uitzendkrachten die gemiddeld 37,7 uur of minder per week werken ontvangen een hoger uurloon. Hun uurloon gaat omhoog door het te vermenigvuldigen met 40/37,7. Uitzendkrachten die gemiddeld 40 uur per week werken, ontvangen per uur het voor hun geldende uurloon plus naar rato de waarde van 120 verkochte ATV-uren per jaar, waarbij de waarde van 1 ATV-uur gelijk staat aan 1 uurloon.

  • Wat houdt het generatiepact (artikel 40) precies in?

    Het generatiepact (seniorenregeling) geldt voor iedere werknemer van 62 jaar en ouder in dienst van een bedrijf voor wie deze cao van toepassing is. Vanaf 1 januari 2023 kunnen werknemers, die 10 jaar of langer bij een onderneming in dienst zijn, vanaf 60 jaar gebruik maken van het Generatiepact. De voorwaarden hiervan staan in artikel 40 van de cao.

    Aanvullende informatie over de toepassing van artikel 40 (generatiepact) kunt u lezen via deze link (FAQ)

    Als werkgever zijnde kunt u deze afspraken maken met uw werknemers. VLEP ontvangt deze mutatie graag van de werkgever per e-mail (werkgevers@vlep.nl) om de werknemers een correct pensioen toe te kennen.

  • Wat is in de CAO geregeld over het kopen of verkopen van vakantie-uren?

    In artikel 41.4 van de CAO is onder andere geregeld dat een werknemer per jaar maximaal 80 extra vakantie-uren mag kopen. Een werknemer kan één keer per jaar vakantie-uren kopen.
    Een werknemer moet gekochte vakantie-uren binnen één jaar opnemen. Daarna is hij ze kwijt.

    Hoeveel betaalt een werknemer voor een vakantie-uur?
    Een werknemer betaalt voor een extra vakantie-uur 0,575% van zijn feitelijk maandloon of 0,625% van zijn 4-wekenloon of 2,3% van zijn weekloon.

    Hoeveel krijgt een werknemer voor een vakantie-uur?
    Een werknemer krijgt voor een extra vakantie-uur 0,575% van zijn feitelijk maandloon of 0,625% van zijn 4-wekenloon of 2,3% van zijn weekloon.

    Let op: Voor parttime werknemers geldt een ander percentage
    In dat geval worden de bovengenoemde percentages naar rato berekend.
    Voorbeeld: wanneer een parttime-werknemer 50% van het fulltime dienstverband werkt, dan betaalt of krijgt een werknemer (0,575%/0,5 = ) 1,15% van zijn feitelijk maandloon.